Raamtheater Wormer

Eenakterfestival met veel publiek en goed toneel
WORMER - Plaats: Dorpstheater Wormer, tijd: vrijdag- en zaterdag­avond. Uitvoerenden: Vrouwencaba­retgroep Spiegeloog. Toneelgroep Pal­lieter, Raamtheater Wormer en Toneel­vereniging 'Bart Groeneveld'.
Goed en pittig toneel vorm­de de oogst van twee avonden amateurtoneel tijdens het Eenakterfestival Wormer. De vier al of niet uit Wormer af­komstige gezelschappen had­den het zich niet gemakkelijk gemaakt. Men had gekozen voor het toneel met een wat diepere inhoud. Alleen Spiege­loog wist de serieuze toon van Pinter en Albee te doorbreken, met een knipoog naar het te­genwoordige beeldbuisver­maak. Gezien de opkomst en het gebodene kan de organise­rende culturele commissie over dit eerste festival tevre­den zijn.
Met 'Een avondje A-buis' werd het gebeuren vrijdagavond op een leuke manier geopend. Vrouwenca­baretgroep Spiegeloog nam met dit product uit eigen keuken het huidi­ge televisieaanbod op de hak. De re­clamespotjes, het journaal en de quiz, ze zaten vol leuke vondsten en tegenstellingen. Daarnaast wist de groep op een knappe manier allerlei typetjes neer te zetten. Technisch viel er op het geheel nog wel wat af te dingen.
Heel iets anders was 'De Min­naar', een éénakter van Harold Pin- ter waarmee Toneelgroep Pallieter kwam opdagen. De messcherpe kijk van Pinter op menselijke relaties
wordt door hem vaak vertaald in stukken die balanceren op het rand­je van de werkelijkheid. Zo ook in dit stuk, waarin twee mensen het materieel volmaakt hebben, maar emotioneel haast ten onder gaan aan de beklemmende sleur van hun relatie. Hun oplossing in de vorm van buitenechtelijke uitstapjes lij­den echter tot steeds meer vragen en twijfels.
Het was jammer dat de karakters en de emotie maar ten dele in het spel van Lida Roos en Jon Gankema tot uiting kwamen. Hun spel was wat stroef en werd teveel door ner­vositeit bepaald, waardoor men slechts met moeite los kon komen. Dat was jammer, want beiden be­schikken zeker over capaciteiten. Maar in dit stuk leek men zich wat te hebben verslikt.
Dat was anders bij 'De droom van Amerika' van Edward Albee, dat  door het Raamtheater werd ge­speeld. Ook hier staat het dagelijks leven centraal. Aan de hand van een Amerikaanse familie, die in een flat woont, maakt het publiek kennis met menselijke eigenschappen zo­als: hebzucht, bekrompenheid, in­tellect, egoisme en humor. Ze wor­den soms absurd en ironisch voor­gesteld, maar herkenbaar. Albee wil ons laten zien dat de buitenkant er vaak mooi en fraai uitziet, maar dat het binnen leeg is. Vooral Guda Conijn en Joke Ko­nijn wisten in hun rol van de deftige mevrouw Barker en het slimme omaatje te imponeren. De groep gebruikte op een goede manier ier het podium en speelde zorgvuldig.
Dierentuin
Toneelvereniging 'Bart Groene­veld' sloot de avond af met alweer een stuk van Albee. In de 'Dieren­tuin' wordt een man, die op een bankje in het park een boek zit te lezen, door een vreemde man aange­sproken. Deze tast door middel van scherpe vragen eerst zijn persoon af en vertelt hem vervolgens zijn le­vensverhaal. De verwonderde lezer weet helemaal niet meer wat hem overkomt, wanneer de vreemde man hem betrekt bij zijn zelfmoord.
Hans Vens en Jaap Böckman ga­ven knap vorm aan dit moeilijke stuk. Daarin vertelt de zwerver zijn verhaal in een soort constante over­peinzing en is voor de lezer de moei­lijke rol van luisteraar weggelegd. In de dialoog geeft Albee het ver­schil tussen het leven in de goot en op het trottoir weer. De man in de goot miste het menselijke contact, de vitaminen van het menselijke be­staan en de bescherming tegen een­zaamheid. Na zijn bezoek aan de dierentuin trekt de zwerver zijn conclusies. De dieren zijn van el­kaar gescheiden door stangen en tralies, maar is dat bij de mensen wel zoveel anders? Zijn oplossing is even drastisch als absoluut.  ARJEN VAN GINKEL

Eenakters van Albee houden goed gevuld Dorpstheater in ban

WORMER. — De tweede avond van het eenakterfestival in het Dorpstheater van Wormer verliep zaterdag al even succesvol als de eerste. Een goed gevulde zaal genoot volop van het gebodene. Het Raamtheater beet het spits af met de eenakter „De droom van Amerika" van de Amerikaanse auteur Edward Albee. In dit absurdistische werkje maakt men kennis met een doodgewoon Amerikaans gezinnetje dat leeft volgens de conventionele, vriendelijke en ook banale regels. Onder deze oppervlakte echter, moet de minachting en dodelijke haat voor elkaar wel voelbaar worden. Genoegdoening voor datgene wat zij als onrecht ervaren, daar gaat het om.
Het is een komisch werkje maar de wrange ondertoon moet wel merkbaar blijven en dat is nu precies wat zaterdag niet naar boven kwam. Dat was ook bijna niet te verwachten want deze groep bestaat uit nog heel jonge mensen die pas voor de tweede maal op de planken staan. Ook regisseur Wim Al­berts heeft op dit gebied nog niet veel ervaring. Het was alle­maal te veel naar de klucht ge­trokken. Vooral Joke Konijn die bovendien haar jeugdige leeftijd tegen had voor de rol van oma speelde met sterk aan­gezette kluchteffecten en wist daardoor de tragiek van het ou­de mensje dat gevaar loopt weg­gehaald te worden door de op­haaldienst niet waar te maken. Het geslepene kwam er iets be­ter uit.
Ook Monique van Solingen wist als mams het venijn in haar rol niet waar te maken. Zij bleef steken in onbeheerste aanval­len tegen oma en een te directe dialoog tegen paps en Mrs. Barker. Marco Rond stond als paps voor het eerst op de planken en moet er voor waken dat zijn mi­miek binnen de perken blijft. Het is nergens voor nodig om met rollende ogen te reageren op bijvoorbeeld de onderjurk van Mrs. Barker. Guda Konijn was als Mrs. Barker de enige die de bedoeling van de schrijver begrepen had. Heel schijnhei­lig, bikkelhard en verfijnd speelde zij deze dame die op­gaat in het weldadigheidswerk. Bert Al tenslotte was fysiek he­lemaal 'de Droom': slank, ge­spierd en mooi. Maar ook hier zocht ik vergeefs naar het bere­kenende van zijn karakter.

Na de pauze kwam toneelvereniging Bart Groeneveld met de eenacter „De dierentuin" eveneens geschreven door Ed­ward Albee. Het thema hierin is het onvermogen om contact te maken. Peter, uitgever van be­roep en gezegend met vrouw, kinderen, katten en parkieten zit op zondagmiddag te lezen in het park en wordt benaderd door Jerry. Jerry heeft geen ge­zin, wel toiletartikelen, herinne­ringen en spreekvaardigheid. Hij is eenzaam en al zijn pogin­gen om contact te maken zijn gestrand. Zelfs contact met de hond van zijn hospita bleek niet mogelijk. Nadat Jerry zijn ge­schiedenis heeft verteld aan Pe­ter dwingt hij deze een eind te maken aan zijn ellendig bestaan.
Enige jaren geleden heb ik deze voorstelling al eens beoor­deeld op een eenacterfestival in De Lelie maar ook nu weer bleek dat Jaap Böckman een begaafd acteur is. Al direct bij zijn opkomst voelde men de sterke onderhuidse spanning en vooral in zijn relaas over de hond wist hij de tragiek en de humor in zijn tekst zuiver te do­seren. De sterfscene aan het eind duurde naar mijn smaak iets te lang. Regisseur Jo Vens had hier beter iets van kunnen schrappen. Hans Vens als te­genspeler Peter was een tikje minder sterk maar bleek toch goed te kunnen volgen. Een schitterend slot van een ge­slaagd festival.

MAYA MULDER

 

Raamtheater Wormer    info@raamtheater.nl