Nieuwe voorstelling Raamtheater verdient reprise
Het Raamtheater is goed bezig. Na eerdere geslaagde voorstellingen kwam de groep opnieuw uitstekend voor de dag met 'Roet', een zwarte komedie van 'onze eigen' Zaanse toneelschrijver Peter Aten. Een heerlijk stuk om te spelen. Leuk en onderhoudend, maar ook schokkend en confronterend. De thematiek van 'Roet' is herkenbaar. Het is een drama maar de misère wordt met veel humor gepresenteerd. Die humor is soms uiterst bitter, maar zorgt ook voor tal van hilarische momenten.
'Roet' gaat over een familie die bijeen kruipt in een vakantiebungalow om er de verjaardag te vieren van de dementerende moeder. Het is eerder geschreven dan het successtuk 'Familie' van Maria Goos. Vanaf het begin is de toon gezet. De opkomst van de kijvende dochter Rita en haar onder de plak zittende echtgenoot die moeder in haar rolstoel niet over de drempel krijgt, is om te gieren, maar ondertussen zo zwart als roet. Al snel wordt duidelijk dat de binnendruppelende familieleden niet veel met elkaar op hebben en nog minder met de dementerende moeder.
De aanvankelijk nogal rechtlijnige types krijgen gaandeweg meer verdieping maar sympathiek worden ze geen van allen. Ze blijken ten aanzien van hun dementerende moeder over weinig mededogen te beschikken. Ze merken niet eens dat moeder stilletjes is doodgegaan en dat zus Sophie die aan smetvrees lijdt, in ernstige psychische nood verkeert en zelfmoord probeert te plegen.
Het Raamtheater had een stel prima spelers in stelling gebracht. Monique van Soolingen was geknipt voor de rol van de drammerige Rita die haar persoonlijke verdriet (kinderloosheid) overschreeuwt. Dirk Rönitz (haar sukkelige man) was vaak komisch maar de overstap van luim naar ernst ging hem goed af. Francis IJsseldijk, aanvankelijk wat al te nadrukkelijk met haar handen wriemelend, maakte van de neurotische Sophie een aangrijpend persoontje. Excellent was de bijdrage van Ellen Boon. Haar vertolking van een 'bitch' was puur genieten. Minder dankbare rollen hadden Teus Gerzee (de wegwezer) en Marcel van Tol (de afgedankte echtgenoot) maar ook zij waren voor hun taak berekend.
In het aansprekende stuk zitten wat hachelijke fragmenten zoals de inleiding van de verleidingsscene en de dialoog in deze scene. De proloog balanceerde op het randje van goede smaak, maar pakte vermakelijk uit. De nogal platte dialoog (tussen het kreng en de afgewezen echtgenoot) ondergroef de daaropvolgende cruciale scene. Ook het slot van 'Roet' was niet je van het. Door een verkeerde timing ging het allemaal te vlug, te terloops en bleef het beoogde schokeffect uit. Jammer, maar het was maar een kleine smet op deze bijzonder geslaagde voorstelling die door het enthousiaste publiek terecht werd beloond met een staande ovatie. Het zou vaker opgevoerd moeten worden.